Onderwijsaanbod
Brugklas
In leerjaar 1 is er sprake van een zogenaamde éénjarige brugperiode. Leerlingen volgen regulier onderwijs of tweetalig onderwijs (tto). Tto is gericht op wereldburgerschap en persoonsontwikkeling, waarbij Engels de voertaal en het ‘gereedschap’ is. In leerjaar 1 zijn er zogenaamde dakpanklassen: havo-vwo en mavo-havo, daarnaast zijn er aparte vwo-klassen (zowel regulier als tto). De vwo-klassen volgen allemaal het Eureka programma. In dit programma staan persoonsontwikkeling, onderzoeken, ontwerpen en filosofie centraal. Het programma loopt door in de hogere leerjaren. In alle reguliere brugklassen bieden wij het sportprogramma aan. Dit programma wordt ook in het tweede leerjaar gecontinueerd. Dit programma is bedoeld voor leerlingen die interesse hebben in een groot aantal sporten en gemotiveerd zijn om op allerlei manieren, zowel binnen als buiten de school, extra met sport bezig te zijn. Op de mavo- en havo afdeling is er daarnaast een doorlopende sportleerlijn met LO2 (mavo) en pre-BSM (havo).
Leerjaar 2
In klas 2 weken wij eveneens met de zogenaamde dakpanklas (2m/h en 2h/v). Op deze wijze hebben we een jaar langer de tijd om de determinatie naar de niveaus mavo, havo of vwo vorm te geven.
Sporttest/tto intake
Voor onze tto-opleiding en ons sportprogramma plannen wij voor nieuwe leerlingen na de inschrijvingsperiode een intake(test). Voor het tto-onderwijs is onder andere een ‘bilingual attitude’ (dus de bereidheid altijd Engels te spreken tijdens tto-lessen of -activiteiten) van groot belang.
Daarom is hier tijdens de intakeprocedure ruim aandacht voor. We vragen de leerling onder andere een korte presentatie over zichzelf te geven en plannen een kennismakingsgesprek. Als een leerling voor het sportprogramma is opgegeven, nemen we op een dagdeel een test af waarbij we kijken naar de sportieve mogelijkheden en motivatie. Tijdens deze test worden diverse sportieve vaardigheden getoetst. Zo hebben we de onderdelen, spel, conditietest en een uitgebreid circuit. Na de test duurt het enkele dagen voordat per mail de uitslag van de test wordt verstuurd.
Bovenbouw mavo
In klas 2 heeft de leerling voor klas 3 mavo een vakkenpakket gekozen. In 3 mavo kiest de leerling vervolgens zijn definitieve vakkenpakket binnen een profiel. In mavo 3 starten de leerlingen ook al gedeeltelijk met het schoolexamen. In het uiteindelijke examenpakket van de leerling in klas 4 mavo zijn van de zeven of acht (afhankelijk van het profiel) vakken Nederlands, Engels en maatschappijleer (afgerond in klas 3) verplicht. Het vakkenpakket wordt bepaald door een gekozen profiel aangevuld met een keuze uit de vakken Frans, Duits, wiskunde, geschiedenis, aardrijkskunde, natuurkunde (nask1), scheikunde (nask2), biologie, economie, drama, beeldende vorming (tekenen) en lichamelijke opvoeding 2 (lo2). De vakken LO, KV en LOB moeten de leerlingen afronden met minimaal een V. Met ingang van schooljaar 2021-2022 kunnen de leerlingen kiezen voor het vak economie en ondernemen (E&O), een van de praktijkvakken binnen de mavo.
Tweede fase havo en vwo
In de tweede fase is er sprake van vier profielen, zowel op vwo- als op havoniveau. Elke leerling kiest voor een van de volgende profielen of een combinatie van twee profielen:
• Cultuur en Maatschappij (CM)
• Economie en Maatschappij (EM)
• CM en EM
• Natuur en Gezondheid (NG)
• Natuur en Techniek (NT)
• NG en NT
Elk profiel kent vakken die specifiek zijn voor dat profiel. Behalve deze kenmerkende profielvakken is er een gemeenschappelijk deel met daarin vakken zoals Nederlands, Engels en lichamelijke opvoeding die iedere leerling volgt. Ook het schooleigen deel bestaat uit onderdelen die alle leerlingen volgen. Het vak godsdienst, de loopbaanoriëntatie en de buitenlandexcursie maken hier deel van uit. Tenslotte is er nog het keuze-examenvak dat voor elke leerling verplicht is. Bij keuze-examenvakken geldt dat het minimumaantal leerlingen per leerjaar per vak in principe 15 is. Leerlingen kunnen, wanneer zij voldoende capaciteiten hebben en gemotiveerd zijn, naast het keuze examenvak nog één of meer ‘extra’ vakken volgen. Voorwaarde is wel dat een en ander formatief en rooster technisch realiseerbaar is. De regeling voor het kiezen van het extra vak is te vinden op het ouderportaal.
TTO
Binnen Groene Hart functioneert tto als een aparte afdeling die wel parallel loopt aan het reguliere programma. Tto richt zich op de drie pijlers wereld- burgerschap, Engelse taalvaardigheid en persoons- ontwikkeling en loopt daarmee voorop in de landelijke tto doelstellingen en ontwikkelingen TTO 2.0 van Nuffic.
In de onderbouw zijn de tto-klassen zelfstandige groepen en wordt een groot deel van de vakken in het Engels aangeboden. Hierbij besteden we aandacht aan het verwerven van een grotere woordenschat (van het Engels) en het vak in een internationale context. Daarnaast organiseren we diverse projectdagen en houden de leerlingen een Portfolio bij. In de bovenbouw verandert het karakter van tto. De meeste vakken worden dan weer in het Nederlands gegeven om de leerlingen goed voor te bereiden op de examens. Het tto-programma krijgt vorm door de projectdagen het portfolio, internationale contacten en stage. Daarnaast wordt er in de bovenbouw havo en vwo gewerkt aan het IB-programma. De leerlingen sluiten dit af met een internationaal erkend examen. Met al deze zaken volgen wij de richtlijnen van het Nuffic om onze positie als senior tto school te waarborgen.
Doeltaal is voertaal
Tijdens de lessen Duits, Engels en Frans hanteren we op onze school het principe doeltaal is voertaal. Het gebruik van de doeltaal tijdens de lessen in de moderne vreemde talen verhoogt het leerrendement. In de praktijk betekent dit dat mondelinge en schriftelijke instructies zoveel mogelijk in de doeltaal worden gegeven, dat toetsen in de doeltaal zijn, dat we van leerlingen verwachten dat zij een positieve houding hebben ten aanzien van het gebruik van de doeltaal en collegiaal met elkaar omgaan. Tijdens de lessen werken leerlingen regelmatig met elkaar samen in de doeltaal.